Wie kent niet het jaarlijkse Dickens Festijn dat eind december tienduizenden naar de binnenstad van Deventer doet komen om in het historische Bergkwartier de sfeer te proeven van het beroemde verhaal van Charles Dickens. Bezoekers wanen zich in de 19e eeuw, figuranten gehuld in kledij uit die tijd lopen rond in een prachtig aangekleed Middeleeuws decor. Al lopende door de smalle straatjes kom je opeens een kudde schapen tegen, deze schapen komen uit Diepenveen en grazen onder andere op het Wechelerveld.

Wie voor een wandeling of tijdens een fietstocht op het Wechelerveld komt kan een groot deel van het jaar deze schaapskudde tegenkomen. Eigenaar en herder Carl Koch is vaak aanwezig en voor wie geïnteresseerd is zal hij met veel passie informatie verstrekken over deze kudde.
Carl Koch vertelt: “De kudde, momenteel bestaande uit 33 schapen grazen hier al zes jaar. Ze zorgen ervoor dat het heideveld niet overwoekerd wordt door jonge boompjes en andere vormen van flora die de heide in de groei kunnen belemmeren. De schapen zijn zogenaamde Swifters en witte en blauwe Texelaars, ze zijn allemaal familie van elkaar. De twee rammen, de zogenaamde (bel-) hamels zijn gecastreerd zodat inteelt wordt voorkomen, ook zijn ze dan minder opstandig”.

In goed overleg met de Stichting IJssellandschap wordt bekeken in welke periode de schapen hier het beste kunnen grazen, dit om zoveel mogelijk rekening te houden met beschermde planten die op het Wechelerveld voorkomen. Het gedeelte waar de schapen grazen is omheind en verboden voor honden, dit ter bescherming van onder andere hagedissen en (ongevaarlijke) ringslangen die hier zijn gesignaleerd.

Carl Koch, die overigens niet de enige herder is die zich over deze kudde ontfermd vertelde dat hij hier een mijn gevonden heeft. Het Wechelerveld was vroeger een militair oefenterrein, in de volksmond het exercitieveld zoals sommigen het vandaag de dag nog noemen. Deze bestemming, eerder onder het Ministerie van Oorlog en later onder het Ministerie van Defensie bleef tot 2003 van kracht. Het vinden van die mijn gaf nog “een heel gedoe”, vertelt Carl Koch. “Eerst kwam een verkenner van de EOD (Explosieven Opruimers Dienst) die identificeerde een echte mijn en sloeg groot alarm. Achteraf bleek dat het een niet van een echte te onderscheiden ‘nepper’ was. Hun advies was om altijd te bellen als ik weer wat vind”, zegt de herder met een glimlach.

De schapen die overigens niet alleen figureren tijdens het Dickens Festijn, ze zijn onder andere ook onderdeel van het wandeltheater Dolorosa tijdens Pasen zijn gehuisvest aan de Frieswijkerweg waardoor ze maar een korte afstand hoeven af te leggen naar het Wechelerveld. Ook daar worden ze met liefde verzorgt en krijgen alle aandacht, niet in de laatste plaats van gezinnen met kinderen voor wie deze kudde een bezienswaardigheid is op het voormalige exercitieveld.

[AFG_gallery id=’80’]

Tags